“Vertrouwen, vertrouwen, vertrouwen”. "Vertrouwen is de basis van het samenwerkingsklimaat tussen de netwerkdeelnemers”. “Het functioneren van het netwerk is uiteindelijk mensenwerk”. Zomaar wat citaten uit ons boekje ‘Reflecteren en vitaliseren. De bestuurlijke effectiviteit van netwerken’. Iedereen beaamt dat, maar wat vraagt dat in de praktijk?
Als we in een rondje langs de netwerkdeelnemers vragen stellen over het samenwerkingsklimaat horen we regelmatig termen als ‘dubbele agenda’, ‘kaarten tegen de borst’, ‘niet transparant’. En: ‘we zijn allemaal van goede wil’. Tijdens een heidag van zorgbestuurders in een regionaal netwerk zijn we gestart met het uitwisselen van persoonlijke drijfveren tot samenwerking, waar je energie van krijgt. Eerst in een-op-een-gesprekken en vervolgens plenair delen. Als hulpmiddel gebruikten we de ‘Energy drives’ van Graves.
Dan blijkt bijvoorbeeld dat de één behoefte heeft aan plannen met mijlpalen en smartresultaten, de ander geïnspireerd raakt door de energieflow aan tafel, een derde opleeft bij ideeën over innovatie en een vierde vooral eerst de governance wil regelen met het vastleggen van mandaten en besluitvormingsregels. Door deze persoonlijke ontboezemingen ontstond er veel meer begrip voor hoe ieder aan tafel zat, waarom de één zat te pushen op de governance en de ander daar steeds de rem opzette, niet gemotiveerd was voor structuurdiscussies maar wel voor de inhoud. Er ontstond ruimte om wrijvingen en irritaties uit het verleden op tafel te leggen. En er lag een basis om constructief de rest van het programma uit te voeren: terug naar de ‘waartoe dit netwerk’-vraag, elkaar committeren op visie en ambities, focus aanbrengen, een realistische werkagenda én het maken van afspraken over de verbinding met al die andere netwerken waar de bestuurders in participeren.